Bijlagen

Hervormingen Sociaal Domein

Inleiding

We vinden het belangrijk dat iedereen gezond, prettig en zelfstandig kan wonen en samenleven in onze stad. Wanneer dit even niet vanzelfsprekend is, is er goede zorg en ondersteuning beschikbaar in aanvulling op wat mensen zelf en met elkaar organiseren. Zoals geschetst in de Voorjaarsnota 2023 staat deze ambitie onder druk. De stijging van de vraag naar zorg, het tekort aan personeel, ruimte voor passende voorzieningen en de stijging van de zorgkosten maken dat Utrechters niet altijd de zorg kunnen krijgen die zij nodig hebben en bovendien dat de zorg onbetaalbaar wordt. Bij de Voorjaarsnota 2023 is daarom besloten tot een taakstelling in het sociaal domein en over de aanpak hiervan. Deze aanpak bestaat uit drie lijnen: 1) Samen aan de slag, 2) Inhoudelijke aanpak 1 , 3) Financiële uitgangspunten. De vastgestelde taakstelling kent een ingroeipad voor Jeugd en Wmo, en wordt structureel vanaf 2027. Vanwege de vastgestelde aanpak (inhoudelijk en in het bredere sociaal domein) noemen we dit de hervormingen sociaal domein; hierbij gaat het over dingen anders doen (ter vergelijking: bij bezuinigen gaat het over dingen minder doen of stoppen. Dingen anders doen kan echter wel betekenen dat de zorg en ondersteuning voor bepaalde zorgvragen minder wordt). De concrete bezuinigingsmaatregelen die zijn aangenomen bij de Voorjaarsnota 2024 komen bovenop de taakstelling van de hervormingen sociaal domein.

In deze bijlage geven we de context weer waarbinnen we hervormen, blikken we terug op waar we nu staan, informeren we u over de hervormingen voor 2025 en verder, geven we een nadere toelichting op beslispunt 6 uit het raadsvoorstel Programmabegroting 2025, weergeven we een dilemma inzake flexibel schuiven tussen doelstellingen, informeren we u over de raakvlakken met de concrete bezuinigingsmaatregelen uit de Voorjaarsnota 2024 en informeren we u tot slot over belangrijke sturings- en informatiemomenten. Daarbij merken we op dat de nadere uitwerking van het hoofdlijnenakkoord van onze nieuwe regering nog impact kan hebben op de omvang van onze acties.

Context hervormingen sociaal domein

In de raadsbrief over de hervormingen sociaal domein van mei 2024 hebben we u uitgebreider geïnformeerd over de context waarbinnen de hervormingen sociaal domein plaatsvinden. De daarin benoemde factoren maken dat er een aanhoudende druk is op het sociaal domein en onze bewegingsruimte beperkt is. We zien dat met name problematiek rond dakloosheid, eenzaamheid, mentaal welbevinden en – nog steeds – de naweeën van de coronaperiode een grote wissel trekken op ons Utrechtse model. Ook nu vinden we het belangrijk te herhalen dat Utrecht voor de uitvoering van de Wmo en Jeugdwet sinds de decentralisaties consistent heeft geïnvesteerd in een preventieve aanpak. Hiermee is het ons gelukt om met een budget uit de voeten te kunnen dat substantieel lager is dan waar op basis van de verdeelsleutel gemeentefonds vanuit kan worden gegaan. Nu ook gemeente Utrecht moet hervormen vanwege de verschillende vormen van schaarsten waar we mee te maken hebben (o.a. financieel, arbeidscapaciteit en woningen), is het van belang dat we deze preventieve aanpak niet afbreken. We zoeken dan ook naar ruimte die er is om hervormingen in het sociaal domein te realiseren, zonder afbreuk te doen aan deze preventieve aanpak. Die ruimte vinden wij bijvoorbeeld in stevigere sturing, afbakening van de reikwijdte van de verschillende wetten en andere manieren van zorgverlening (bijvoorbeeld groepsgericht en blended care). In deze bijlage gaan wij verder in op deze hervormingen. Hierbij is het belangrijk om nogmaals te benadrukken dat het beleid van het Rijk nog onzeker is. Het hoofdlijnenakkoord wordt nog uitgewerkt en kan effect hebben op de hervormingen sociaal domein. Een voorbeeld daarvan is de aangekondigde overheveling van Specifieke Uitkeringen naar het Gemeentefonds met verwerking van een taakstelling waardoor er voor gemeenten minder te besteden is.

Noot 1: Binnen de inhoudelijke aanpak zijn vijf uitgangspunten vastgesteld: we richten ons op het wegnemen van grondoorzaken, ongelijk investeren voor gelijke kansen is het uitgangspunt bij het inzetten van de beperkte middelen voor de inwoners en buurten die dat het hardst nodig hebben, we organiseren zorg en ondersteuning simpeler, we investeren alleen nog in pilots en programma’s die een structurele bijdrage leveren aan het verbeteren van de uitvoeringspraktijk en we zetten in op 100% compensatie vanuit het Rijk op de ‘extra’ Utrechtse inzet boven op het wettelijk minimum (gaat de compensatie niet door, dan handelen we in lijn met amendement ‘Utrechtse basis is een absoluut minimum bij bezuinigingen’).

Waar staan we nu?

We hebben u voor het laatst over de hervormingen sociaal domein geïnformeerd in de raadsbrief over de hervormingen sociaal domein van mei 2024 die parallel aan de Voorjaarsnota 2024 is verzonden. We hebben u daarbij geïnformeerd over waar we voor 2025 en verder aan werken. Tevens zijn de belangrijkste financiële en inhoudelijke kaders voor de hervormingen reeds door uw raad vastgesteld. Hieronder volgt een kort overzicht van waar we staan.

Financiële kaders
Bij de Voorjaarsnota 2023 is een taakstelling opgenomen voor het sociaal domein van 16 miljoen euro structureel. Deze taakstelling kent een ingroeipad (in 2024 5,7 miljoen euro, in 2025 8,2 miljoen euro, in 2026 14,8 miljoen euro en vanaf 2027 structureel 16 miljoen euro). De taakstelling is op doelstellingsniveau verwerkt in de meerjarenbegroting 2024-2028. Bij Jeugd zien we dat de afgelopen jaren vooral de kosten voor de aanvullende jeugdzorg zijn gestegen. Daarom kiezen we ervoor om voornamelijk binnen deze doelstelling inhoudelijke hervormingen door te voeren. Specifiek houdt dit in dat de taakstelling op Jeugd is verwerkt binnen doelstelling 5: Specialistische Jeugdhulp in het programma Kansrijk opgroeien. Voor Wmo geldt dat het tekort voortkomt uit de verwachte groei van de zorgvraag en de verwerking van de doorcentralisatie Beschermd Wonen. Voor de verwachte groei waren geen extra middelen beschikbaar. De groei is daarom niet in de begroting verwerkt en moet dus binnen de bestaande budgetten worden opgevangen. Onze gemeentetaken (o.a. begeleiding, activering, hulp bij huishouden en hulpmiddelen) bekostigden we, vanwege tekorten op die taken, deels vanuit beschikbare ruimte in de middelen voor Beschermd Wonen. Zoals u weet en heeft besloten is door de doordecentralisatie Beschermd Wonen en de vernieuwde samenwerkingsafspraken met de U16 die ruimte niet langer beschikbaar. Deze middelen komen de regiogemeenten toe zodat zij, conform de visie Dannenberg, de lokale basis kunnen versterken. We moeten daardoor in Utrecht zoeken naar andere dekkingsmiddelen of de uitgaven voor de gemeentetaken verlagen. De hervormingen sociaal domein op de Wmo zijn dan ook bedoeld om het budget voor uitgaven te verschuiven en/of gericht in te zetten om de uitgaven binnen de bestaande financiële kaders van het programma ‘Passende ondersteuning en opvang’ op te vangen. Dit leidt daarmee niet tot een verlaging van het totale budget binnen het programma. Bij de Wmo zien we vooral een groei binnen de aanvullende zorg en individueel maatwerk. De inzet is om de uitgaven voornamelijk te verlagen binnen doelstelling 2: Passende aanvullende zorg van het programma Passende ondersteuning en opvang.

Met de maatregelen die voor 2024 zijn ingezet in combinatie met een aantal autonome ontwikkelingen (zoals de werkelijke ontwikkeling van de zorgvraag, afrekeningen met zorgaanbieders over 2023 en gedeeltelijke compensatie van het Rijk voor de gevolgen van de wijziging in het woonplaatsbeginsel) verwachten we sociaal domein breed te kunnen voldoen aan de taakstelling voor 2024 van 5,7 miljoen euro. Wel gelden hierbij onzekerheden, vooral op de doelstellingen binnen het programma Kansrijk opgroeien. Het gaat dan om de concrete opbrengsten van de hervormingen (zoals groepsgericht werken) en de tijdige realisatie bij de jeugdaanbieders. De resultaten voor het programma Kansrijk opgroeien worden waarschijnlijk pas vanaf het vierde kwartaal 2024 zichtbaar.

Inhoudelijke kaders
Met de partners binnen het Utrechtse zorgstelsel werken we aan hervormingen om de dienstverlening binnen de bijgestelde begroting te kunnen uitvoeren. De belangrijkste kaders voor deze hervormingen zijn door de raad vastgesteld bij de besluitvorming over de Voorjaarsnota 2023 , de Nota van uitgangspunten Met elkaar voor elkaar - onderdelen van sociale basis en basiszorg 2025-2035 en de Beleidsnota Wmo 'Samen leven, samen zorgen' . Twee andere belangrijke kaders volgen nog. Dit gaat ten eerste om de beleidsnota Jeugd die we in Q3 2024 aan uw raad voorleggen. De hervormingen jeugd die we onder handen hebben zijn in lijn met de kaders uit de Voorjaarsnota 2023 en de Nota van uitgangspunten onderdelen van sociale basis en basiszorg en sluiten aan bij de beleidsnota Wmo (zie ook de raadsbrieven jeugd van oktober 2023 , maart 2024 en juni 2024 ). Ten tweede werken we aan de Sociale Visie Utrecht 2040 (SVU 2040). Hierin geven we meer richting vanuit de breedte van het sociaal domein én met een blik op de lange termijn. De SVU 2040 zal in Q4 2024 aan uw raad worden voorgelegd.

De kaders worden verder uitgewerkt en uitgevoerd om daadwerkelijk hervormingen te realiseren. De stand van zaken daarvan is opgenomen in de tabel onderaan deze bijlage.

Hervormingen voor 2025 en verder

In de raadsbrief over de hervormingen sociaal domein van mei 2024 hebben we u geïnformeerd over hervormingen waar we voor 2025 en verder aan werken. In deze paragraaf en de bijgesloten tabel geven we een update hierop. Ook informeren we u over nieuwe hervormingen. Indien de raad akkoord gaat met beslispunt 6 over de hervormingen sociaal domein, helpt dit om onderstaande hervormingen daadwerkelijk te realiseren. We informeren u hieronder over de hervormingen langs de drie lijnen die samen de aanpak vormen, zoals vastgesteld bij de Voorjaarsnota 2023.

Lijn 1 – samen aan de slag (proces)
In de tabel aan het einde van deze bijlage staan de hervormingen opgenomen waar we voor 2025 en verder aan werken, inclusief de hervormingen die aansluiten op lijn 1. Binnen deze lijn ligt de nadruk op het voorleggen van kaders aan de gemeenteraad (zoals de Wmo beleidsnota en de nog voor te leggen beleidsnota Jeugd), het samenwerken met onze partners in de stad en regio op basis van partnerschap en rekenschap, de kansen en risico’s die het Integraal Zorgakkoord (IZA) biedt en de inspraak van inwoners en cliëntvertegenwoordigers. De afgelopen jaren zijn de uitgaven binnen vooral de aanvullende zorg flink gestegen, deels als gevolg van een stijgende zorgvraag en complexe problematiek. Dit in combinatie met schaarste in brede zin, vraagt om een andere invulling van ons opdrachtgeverschap. Binnen deze lijn zetten we daarom als onderdeel van het samenwerken met onze partners op basis van partnerschap en rekenschap flink in op het versterken van opdrachtgeverschap. Dit betekent o.a. dat we contracten afsluiten die het mogelijk maken om samen met onze partners meer te sturen op de afgesproken doelen. Ook valt hierbij te denken aan het inrichten van contractmanagement en het sturen op vraagverheldering van partners in de drie sporen (sociale basis, basiszorg en aanvullende zorg). Inzet is om hiermee deels in de taakstelling te voorzien en zo pijnlijker hervormingen zoveel mogelijk te voorkomen.

Lijn 2 – inhoudelijke aanpak
In de tabel staan tevens de hervormingen opgenomen die passen binnen lijn 2. Daarbij is ook aangegeven hoe dit past langs de vijf inhoudelijke uitgangspunten (inclusief het amendement over de Utrechtse basis) uit de Voorjaarsnota 2023. Voor hervormingen waarover wij u reeds hebben geïnformeerd is een update / stand van zaken opgenomen. In deze update gaan we in op ontwikkelingen sinds we u voor het laatst hebben geïnformeerd in de raadsbrief hervormingen sociaal domein van mei 2024. Hierbij informeren we u onder andere over hoe de bezuinigingen Wmo zich verhouden tot de middelen die we vanuit het Integraal Zorgakkoord (IZA) krijgen om de doelen uit het IZA te realiseren, zoals toegezegd tijdens de behandeling van de Voorjaarsnota 2024 in de commissie Jeugd, Welzijn, Cultuur en Sport van 3 juli 2024 (ID 761). Ook zijn een aantal nieuwe hervormingen toegevoegd.

Effecten op inwoners en partners
Bij de behandeling van de Voorjaarsnota 2024 in de commissie Jeugd, Welzijn, Cultuur en Sport van 3 juli 2024 is de toezegging gedaan om u bij de Programmabegroting 2025 uitgebreider te informeren over de verwachte effecten van de hervormingen (tevens ID 761).

Parallel aan de Voorjaarsnota 2024 is een raadsbrief verzonden met daarin de impact van verschillende hervormingen op inwoners. De insteek is onder andere dat inwoners vaker ondersteuning krijgen vanuit de sociale basis, op een andere manier zorg en ondersteuning ontvangen dan zij tot nu toe gewend waren (bijvoorbeeld groepsgericht in plaats van individueel, blended care (met gebruik van e-health) in plaats van alleen fysiek) en meer inwoners direct vanuit het juiste kader zorg/ondersteuning ontvangen en dus minder vaak gebruik maken van zorg/ondersteuning vanuit de Wmo of Jeugdwet als ‘overbruggingszorg’ (denk aan scherpte op de toepassing van verlengde Jeugdwet) of symptoombestrijding. Verder is ongelijk investeren voor gelijke kansen een belangrijk principe. Dit kan ertoe leiden dat het aanbod straks niet voor iedereen gelijk is, in bepaalde wijken/buurten of voor bepaalde doelgroepen wordt er mogelijk meer inzet gepleegd, en in andere wijken/buurten en voor bepaalde doelgroepen minder dan voorheen. Kortom, voor bepaalde inwoners wordt mogelijk meer gedaan, en voor andere inwoners mogelijk minder. Uitgangspunt daarbij is wel dat iedereen die ondersteuning en zorg nodig heeft, dit ook –in een passende vorm- ontvangt. Ongelijk investeren maakt bijvoorbeeld ook onderdeel uit van de verbeter- en ontwikkeltaken zoals opgenomen in de overeenkomsten met beide buurtteams en SportUtrecht.

Dit alles betekent ook iets voor onze partners in de stad en hun professionals. Zo zullen de hervormingen er naar verwachting bijvoorbeeld toe leiden dat meer zorg- of ondersteuningsvragen terechtkomen in de sociale basis en de organisaties die hierbinnen actief zijn, zullen professionals vaker groepsgericht werken en is de insteek dat de zorgvraag bij partners in de aanvullende zorg afneemt. Ook zullen professionals mensen met een ondersteuningsvraag vaker wijzen op hun eigen mogelijkheden en die van hun netwerk, of wordt ingezet op het versterken van dit netwerk of wordt ingezet op ondersteuning vanuit de sociale basis. Om de zorgvraag in de aanvullende zorg te doen afnemen is het immers ook nodig dat cliënten in de aanvullende zorg overgaan naar basiszorg of de sociale basis zodra dit mogelijk is. Hiertoe is er een goede samenwerking nodig tussen de aanvullende zorg, de buurtteams en de sociale basis. Specifiek als het gaat om het in gezamenlijkheid bepalen wie welk deel van een ondersteuningsvraag kan oppakken met als uitgangspunt de beweging naar voren (inzet om meer inwoners vanuit de sociale basis of basiszorg te helpen i.p.v. vanuit de basiszorg of aanvullende zorg). Samen met de partijen willen we komen tot een passende werkwijze qua start en evaluatie van de ondersteuning. Hierbij kan Thuis in je wijk een middel zijn.

Onze inzet is erop gericht te voorkomen dat hele groepen niet meer geholpen zullen worden of bepaalde zorg- of ondersteuningsvormen in bepaalde wijken niet meer beschikbaar zullen zijn. Wel zal dus de manier waarop en de mate waarin zorg en ondersteuning wordt aangeboden veranderen, wat effect heeft op zowel inwoners als partners. Mocht het effect van de hervormingen die we onder handen hebben niet voldoende zijn om de taakstelling te behalen, dan zijn mogelijk pijnlijker keuzes noodzakelijk.

Lijn 3 – Financiële uitgangspunten
We blijven inzetten op de beweging naar voren, wat betekent dat we koersen op een afname van het aantal Utrechters die een beroep doen op aanvullende zorg uit de Wmo of aanvullende jeugdhulp en/of de duur en intensiteit daarvan. Met de transitiereserve die wij ter besluitvorming aan uw raad voorleggen, kunnen we de noodzakelijke veranderingen daarvoor bij en door onze partners aanjagen en versnellen. We moeten immers eerst de mogelijkheid creëren om cliënten vanuit de aanvullende zorg elders op te vangen, voordat aanbieders ze kunnen laten gaan. En tegelijk moeten we investeren in de voorzieningen en de efficiency van de sociale basis en basiszorg om te zorgen dat de instroom in de aanvullende zorg afneemt. Daar is de reserve voor bedoeld.

De beweging van aanvullende zorg naar basiszorg en sociale basis zal ook leiden tot structurele verschuiving van budgetten tussen doelstellingen en zelfs tussen programma's. De mate en het tempo waarin is afhankelijk van wat onze partners kunnen realiseren en wat ze aankunnen qua eigen capaciteit. Om het tempo in de hervormingen te houden is snel schakelen tussen de opdrachten en flexibiliteit in het in te zetten budget per doelstelling nodig. Hierover gaan we graag met uw raad in gesprek (zie verder in deze bijlage onder dilemma inzake het flexibel verschuiven tussen doelstellingen).

Zoals vermeld in de paragraaf financiële kaders geldt voor de Wmo dat het tekort voortkomt uit de verwachte groei van de zorgvraag en de verwerking van de doordecentralisatie Beschermd Wonen. We hebben hierbij rekening gehouden met de verwachte autonome groei van de zorgvraag. Er is een reëel risico dat de zorgvraag harder stijgt dan de verwachte groei waar we tot nu toe rekening mee hebben gehouden in het meerjarenperspectief. Dit in verband met de vergrijzing en de effecten hiervan op de stijgende zorgvraag voor de Wmo en de effecten van de zorgtransformatie die o.a. vanuit het Integraal Zorgakkoord in gang wordt gezet (afschalen van zorg van het medisch naar het sociaal domein zonder dat daarvoor middelen meekomen). Via de VNG lobbyen gemeenten daarom bij het Rijk o.a. om extra middelen beschikbaar te stellen om de verwachte druk op de Wmo door vergrijzing op te vangen. De verwachting is dat hiervoor structurele middelen beschikbaar komen. Wij volgen de ontwikkelingen op de voet en eventuele extra middelen betrekken we bij de integrale afweging bij de Voorjaarsnota 2025.

Beslispunt 6 van het raadsvoorstel Programmabegroting 2025 en dilemma flexibel verschuiven tussen doelstellingen

In het raadsvoorstel bij de Programmabegroting 2025 stellen we een besluit voor inzake de hervormingen sociaal domein. Een besluit hierop maakt het mogelijk om de hervormingen sociaal domein te realiseren. In deze paragraaf lichten wij dit verder toe. Tevens leggen we een dilemma voor inzake het flexibel verschuiven tussen doelstellingen.

Beslispunt 6: Toelichting op het voorstel over een transitiebudget voor de periode 2025-2027
De afgelopen jaren hebben we de grootste groei gezien binnen de aanvullende zorg. Daar vinden we naar verwachting dan ook de grootste financiële hervorming binnen het Utrechtse zorgmodel (zowel voor Wmo als voor Jeugdhulp). Dit is in lijn met de context zoals geschetst aan het begin van deze bijlage, de kaders en ambities uit de Voorjaarsnota 2023, de Nota van uitgangspunten onderdelen van sociale basis en basiszorg en de Wmo beleidsnota. In de Wmo beleidsnota gaat het bijvoorbeeld nadrukkelijker over dat professionele zorg en ondersteuning aanvullend zijn op wat er ergens anders al passend geboden kan worden ('voorliggend’) en dat specialistische ondersteuning alleen ingeschakeld wordt als de ondersteuning vanuit basiszorg en sociale basis ontoereikend is. Om de taakstelling binnen deze doelstellingen te realiseren, dienen we de instroom in deze zorgvormen te beperken (preventie), de kosten per cliënt te verlagen (bijv. met groepsgerichte ondersteuning of kortere behandelduur) en/of de uitstroom naar goedkopere zorgvormen te bevorderen (afschalen).

We willen daarom inzetten op ondersteuningsvormen die bijdragen aan preventie, afschalen en verlaging van de gemiddelde kosten per cliënt. Hierbij valt te denken aan het ontwikkelen en opzetten van e-health (aanschaffen/ontwikkelen applicaties, trainen medewerkers) en groepsgerichte ondersteuning (opzetten methodieken, trainen medewerkers, gereed maken groepsruimtes) zodat cliënten daar gebruik van kunnen maken. Ook moeten we de basiszorg versterken, vooruitlopend op de afbouw van de aanvullende zorg om afschaling van zorg mogelijk te maken.

Om deze bewegingen daadwerkelijk op gang te brengen en te versnellen zijn incidentele investeringen nodig die niet passen binnen de huidige afspraken en budgetten van onze partners. Om deze investeringen te kunnen doen, is tijdelijk een extra transitiebudget nodig, omdat de kosten voor de baten uitgaan: er is inzet nodig voordat de aanvullende zorg kan afbouwen, waarmee de structurele taakstelling ingevuld kan worden. Om dat te realiseren stellen we aan uw raad voor om een transitiereserve te vormen voor investeringen in de hervormingen sociaal domein voor de periode 2025-2027. Voorgesteld wordt dit te dekken vanuit incidentele voordelen in het financieel beeld van de programmabegroting 2025 en/of een positief saldo van de relevante doelstellingen in de programma's Kansrijk opgroeien, Passende ondersteuning en opvang en Levendige en gezonde stad.

Andere overwogen opties
Een andere overwogen optie was het doorschuiven van een eventueel, gesaldeerd positief resultaat op de betreffende programmaonderdelen bij de jaarrekening 2024. Deze optie is niet gekozen omdat dit vooruit zou lopen op de integrale afweging van college en raad bij de bestedings- en dekkingsvoorstellen bij de jaarrekening. Tot slot was nog een optie om in het reguliere proces bij de bestedings- en dekkingsvoorstellen aan uw raad voor te stellen een eventueel positief resultaat door te schuiven naar het volgende jaar. Deze optie is niet gekozen omdat het een resultaat zou zijn dat voortvloeit uit structurele budgetten, waarmee het voorstel niet past binnen de spelregels rond de bestedings- en dekkingsvoorstellen.

Dilemma inzake het flexibel verschuiven tussen doelstellingen
We willen meer ondersteuningsvragen vanuit de sociale basis en basiszorg oppakken. Dit vraagt om verschuivingen van budget naar andere doelstellingen en soms zelfs andere programma's in de begroting, bijvoorbeeld van Passende Ondersteuning en Opvang naar Levendige en gezonde stad voor versterking van de sociale basis of naar Jeugd in verband met voorzieningen voor 18+. Idealiter passen we eerst de begroting aan en gaan dan pas verplichtingen aan met uitvoerende partijen. De mate en het tempo waarin we de verschuivingen kunnen realiseren, laten zich echter slecht voorspellen. Tegelijk is het nodig om gebruik te maken van momentum om tempo te houden in de realisatie van de hervormingen, temeer omdat er veel onderlinge verbanden en afhankelijkheden zijn. Dat levert een dilemma op, omdat er maar op twee momenten in het jaar de mogelijkheid is om begrotingswijzigingen aan uw raad voor te leggen; bij de voorjaarsnota en bij de programmabegroting. De huidige programma-indeling belemmert het adequaat schuiven van budgetten tussen de sporen van het Utrechtse Model en de relevante onderdelen van het sociaal domein, omdat dat raakt aan het budgetrecht van de raad.

Een optie is om tijdelijk (tot en met 2027) de budgetten op de relevante doelstellingen in samenhang te behandelen en budgetverschuivingen ten behoeve van de hervormingen, die in lijn zijn met de inhoudelijke kaders die de raad heeft vastgesteld (bijv. de Voorjaarsnota 2023 en de Wmo beleidsnota) of nog gaat vaststellen (bijv. de beleidsnota Jeugd), achteraf te accorderen. Met deze optie wijken wij af van de huidige vastgestelde werkwijze omtrent het aanpassen van budgetten. Hiermee zijn wij in staat om sneller in te spelen op kansen en mogelijkheden om hervormingen door te voeren. Eventuele gerealiseerde verschuivingen worden (achteraf) door de raad vastgesteld bij de (technische) begrotingswijzigingen in de begrotingscyclus. 

Voordat we hier een besluit op voorstellen gaan we graag met uw raad in gesprek over dit dilemma. Wellicht heeft de raad ideeën over het vergroten van de – tijdelijke – flexibiliteit van deze begrotingsonderdelen en kunnen wij afspraken maken die enerzijds het budgetrecht van de raad respecteren en uw raad voldoende mogelijkheden geven om ook financieel bij te sturen en anderzijds ervoor zorgen dat wij voldoende tempo kunnen maken. Graag voeren we dit gesprek bij de behandeling van deze Programmabegroting. Eventuele uitkomsten van dit gesprek kunnen leiden tot een voorstel voor een besluit bij de Voorjaarsnota 2025.

Andere opties
Als andere optie zien wij om nu al meerjarig verschuivingen in de programmabegroting te verwerken, maar die kunnen we op dit moment onvoldoende onderbouwen. Tot slot is een mogelijkheid om de reguliere werkwijze te hanteren en begrotingswijzigingen voor te leggen op de geëigende momenten, met het risico dat we tempo verliezen, omdat het college pas rechtmatig uitgaven binnen een programma kan doen nadat de raad het budget heeft vastgesteld. Gevolg van tempoverlies kan zijn dat de hervormingen vertraging oplopen met een risico op (hogere) overschrijdingen.

Raakvlakken met en uitvoering van de concrete bezuinigingsmaatregelen binnen het sociaal domein uit de Voorjaarsnota 2024

Zoals aangegeven in de Voorjaarsnota 2024 en de raadsbrief hervormingen sociaal domein van mei 2024, hebben een aantal van de concrete bezuinigingsmaatregelen uit de Voorjaarsnota 2024 (in)direct impact op de hervormingen sociaal domein. We hebben daarom gemeld dat we maatregelen die raken aan de hervormingen sociaal domein in samenhang zullen oppakken en monitoren.

In bijlage 1 bij de raadsbrief hervormingen sociaal domein van mei 2024 is een overzicht opgenomen van alle concrete bezuinigingsmaatregelen binnen het sociaal domein. In voornoemde brief hebben we tevens aangegeven dat we de concrete bezuinigingsmaatregelen die raken aan de hervormingen sociaal domein in samenhang met de hervormingen sociaal domein oppakken en monitoren. Hieronder treft u daarom een monitoringsoverzicht aan. Hierin gaan we in op de concrete bezuinigingsmaatregelen die directe of indirecte impact hebben op de hervormingen sociaal domein én per 2025 al een besparing moeten opleveren. Hoe wij dit in het vervolg monitoren staat verderop in deze bijlage opgenomen onder het kopje ‘besluit- en informatiemomenten’. De concrete bezuinigingsmaatregelen die directe of indirecte impact hebben op de hervormingen sociaal domein tellen op tot ongeveer 8,4 miljoen euro 2 . Het is goed om te blijven beseffen dat dit bedrag bovenop de taakstelling van 16 miljoen structureel van de hervormingen sociaal domein komt, en gevonden moet worden binnen dezelfde beperkte ruimte zoals geschetst in de paragraaf ‘context hervormingen sociaal domein’ op de eerste bladzijde van deze bijlage.

Noot 2: Dit is iets lager dan vernoemd in bijlage 1 van de raadsbrief hervormingen sociaal domein van mei 2024. Daarin telde de categorie directe impact (3.662.000) samen met de categorie indirecte impact (5.413.000 euro) op tot ongeveer 9,1 miljoen euro. Het verschil komt door de bij de Voorjaarsnota 2024 aangenomen amendementen op voorgestelde concrete bezuinigingsmaatregelen.

x €1.000,-

Maatregel

Besparing 2025

Structurele besparing (structureel in)

Stand van zaken en raakvlak met hervormingen sociaal domein

Verlenging overeenkomsten aanvullende zorg 2025

258

516
(2026)

Dit betreft een besparing die alleen mogelijk is door te hervormen, zodat we bijvoorbeeld niet per definitie een aantal plekken hoeven te verlagen of moeten stoppen met bepaalde ondersteuning, maar juist kijken door middel van welke aanpassingen het anders vormgegeven kan worden zodat inwoners met een hulpvraag passende ondersteuning ontvangen en we tegelijkertijd een besparing realiseren. De momenten van contractering en verlenging zijn bij uitstek de momenten waarop we kunnen bijsturen om deze doelstellingen te realiseren. Zie ook de hervorming ‘inrichten en waarborgen sturing’ in de tabel onderaan deze bijlage. Een deel van de opbrengst hiervan is opgevoerd als concrete bezuinigingsmaatregel. Momenteel worden accountgesprekken gevoerd die in het teken staan van het moment van verlengen van het contract voor 2025-2026. Dit moment benutten we om samen met onze zorgorganisaties te bespreken welke mogelijkheden er zijn om binnen de huidige contracten en in overeenstemming afspraken aan te scherpen die bijdragen aan de benodigde hervormingen en besparing.

Beperken keuzevrijheid dagbestedings-voorziening

10

10
(2025)

Deze besparing betreft een hervorming binnen het sociaal domein. Uitgangspunt bij dagbesteding is al dat de client een toewijzing krijgt voor de dichtstbijzijnde adequate zorgorganisatie. Hier gaan we strakker op sturen. Dit landt niet in de verlengingsafspraken maar in een werkinstructie voor het Buurtteam omdat zij bij de toewijzing hiermee rekening moeten houden. De specifieke hulpvraag van de cliënt blijft altijd leidend.

Taakstelling beschermd wonen

822

1.951
(2027)

Aan de zorgorganisaties is gevraagd om met voorstellen te komen voor besparingsmogelijkheden die een minimale impact hebben op de zorg (‘laaghangend fruit’). Voor zover mogelijk binnen de huidige contracten en in overeenstemming met de partners worden deze voorstellen verwerkt in de verlengingsbrieven. Voor de voorstellen die een grotere impact hebben (‘transformatie’) en waar meer implementatietijd voor nodig is, werken we samen met de regiogemeenten van de U16 een proces uit om te komen tot een uitvoerbaar plan. Om de taakstelling in te vullen, onderzoeken we óók de mogelijkheid om de indexatie van Beschermd Wonen uit de Meicirculaire 2024 in te zetten. Dit doen we sowieso voor 2025, omdat er onvoldoende tijd is om dan al hervormingen gerealiseerd te hebben. Dit betekent dat er in ieder geval in 2025 nog geen effect zal zijn op inwoners en partners.

Stoppen FIOM subsidie

308

308
(2025)

Met deze bezuiniging wordt de subsidie aan Fiom Utrecht beëindigd. Inwoners kunnen, afhankelijk van de hulpvraag, terecht bij onder andere Fiom Nederland en zorg vanuit de Zorgverzekeringswet, maar ook bij de sociale basis, jeugdgezondheidszorg en buurtteams, waardoor dit aan de hervormingen sociaal domein raakt. Omdat we een juridisch verplichte redelijke opzegtermijn aanhouden, zal de besparing in 2025 lager zijn dan initieel verwacht. Het resterende bedrag vangen we in 2025 incidenteel op binnen het programma Passende ondersteuning en opvang; dit resterende bedrag zal worden toegevoegd aan de taakstelling voor de hervormingen sociaal domein voor 2025. Vanaf 2026 wordt de volledige taakstelling structureel gerealiseerd door het stoppen van de subsidie.

Versoberen bijzondere bijstand

924

924
(2025)

We geven uitvoering aan een herziene regeling Bijzondere Bijstand, waarin meer ruimte is voor medische kosten en de jongerentoeslag is verruimd. We houden hierbij rekening met de bij de behandeling van de Voorjaarsnota 2024 aangenomen motie 315 'Hand in eigen boezem: taakstelling op vastgoed om de meest kwetsbaren te ontzien' en uitvoering van amendement 119 ‘Steun mensen met geldzorgen en schulden’. Deze maatregel raakt aan bestaanszekerheid, wat een grondoorzaak kan zijn voor een beroep op zorg en ondersteuning.

Besluit- en informatiemomenten

De hervormingen sociaal domein en kaders landen in de relevante (beleids)documenten, zoals de beleidsnota Jeugd (raad), verordeningen (raad), uitvoeringsprogramma’s Wmo en Jeugd (college), overeenkomsten (college) en nadere regels voor subsidies (college).

We monitoren de beleidseffecten en rapporteren daarover in de begrotingsprogramma’s in de reguliere producten via de P&C-cyclus. Daarmee voegen we de monitoring van de hervormingen sociaal domein toe aan de brede monitor van alle trajecten voor het oplossen van het begrotingstekort (hervormingen sociaal domein, de concrete bezuinigingsmaatregelen en de hervormingsbezuinigingen). Deze monitor hebben we aangekondigd in de Voorjaarsnota 2024 en krijgt in 2025 verder vorm.

Aanvullend informeren we de raad over specifiek de stand van zaken van de hervormingen sociaal domein in een raadsbrief in Q4 2024 en Q4 2025.

Zie hieronder een geactualiseerd overzicht van besluit- en informatiemomenten.

 Onderwerpen

Planning (aanbieding door B&W aan raad)  ​

Categorie / rol raad  ​

Nota van Uitgangspunten sociale basis en basiszorg ​

Q4 2023 ​
Aangeboden november 2023

Vaststellen ​
Vastgesteld februari 2024

Beleidsnota Wmo ​

Q4 2023 ​
Aangeboden november 2023

Vaststellen ​
Vastgesteld maart 2024

Beleidsnota financiële bestaanszekerheid ​

Q1 2024 ​
Aangeboden januari 2024

Vaststellen ​
Vastgesteld maart 2024

Beleidskader Samen Stad Maken ​

Q1 2024 ​
Aangeboden april 2024

Vaststellen ​
Vastgesteld juni 2024

Beleidsnota werk en re-integratie ​

Q1 2024 ​
Aangeboden februari 2024

Vaststellen ​
Vastgesteld juni 2024

Technische sessie beleidsnota Jeugd ​

16 april 2024 ​

Bespreken ​

Beleidsnota Volksgezondheid 2024-2027 ​

Q2 2024 ​
Aangeboden februari 2024

Vaststellen ​
Vastgesteld juni 2024

Beleidsnota Utrecht Onderdak

Q2 2024
Aangeboden april 2024

Vaststellen
Vastgesteld juni 2024

Technische sessie hervormingen sociaal domein

4 juni 2024 ​

Bespreken ​

Voorjaarsnota 2024 ​

Q2 2024 ​
Aangeboden mei 2024

Integrale afweging en vaststelling ​
Vastgesteld juli 2024

Aanpassing verordening leerlingenvervoer ​

Q2 2024 ​
Aangeboden juli 2024

Vaststellen ​

Beleidsnota Jeugd ​

Q3 2024 ​

Vaststellen ​

Programmabegroting 2025 ​

Q3 2024

Integrale afweging en vaststelling ​

Implementatie maatregelen Voorjaarsnota 2024 ​

Q3+Q4 2024 ​

Bewaken samenhang en voortgang, evt. bijsturen ​

Beleidsnota Sport ​en bewegen

Q4 2024 ​

Vaststellen ​

Sociale Visie Utrecht 20240

Q4 2024

Vaststellen

Beleidsnota regionale aanpak dakloosheid

Q4 2024

Vaststellen

Tussenevaluatie jongerenwerk ​

Q4 2024 ​

Informeren ​

Raadsbrief stand van zaken hervormingen sociaal domein ​

Q4 2024 ​

Informeren ​

Uitvoeringsprogramma’s Wmo

Q1 2025

Informeren

Beleidsnota wonen

Q2 2025

Vaststellen

Voorjaarsnota 2025 ​

Q2 2025 ​

Integrale afweging en vaststelling ​

Strategie voor het contracteren van  aanvullende zorg Wmo (gemeentetaken)

Q2 2025

Informeren

Herziening subsidies/inkoop sociale basis

Q3 2025

Informeren

Implementatie maatregelen Voorjaarsnota 2025 ​

Q3+Q4 2025 ​

Bewaken samenhang en voortgang, evt. bijsturen ​

Programmabegroting 2026 ​

Q3 2025 ​

Integrale afweging en vaststelling ​

Raadsbrief stand van zaken hervormingen sociaal domein ​

Q4 2025 ​

Informeren ​

Voorjaarsnota 2026​

Q2 2026​

Integrale afweging en vaststelling​

Enzovoort…

Hervorming

Stand van zaken / update

Lijn / Uitgangspunten

Sturen op versterking vraagverheldering van partners in sociale basis, basiszorg en aanvullende zorg.

In het jeugddomein hebben Lokalis, Koos en Spoor030 eind 2023 de afspraak gemaakt om gezamenlijk de vraagverheldering met een gezin te doen als aanvullende jeugdhulp nodig lijkt te zijn (‘integraal plan’). We constateren dat het in sommige wijken goed lukt om de vraagverheldering samen te doen, en in andere wijken nog minder goed. Partijen scherpen daarom de afspraak aan, met bijvoorbeeld een werkinstructie. Ook bekijken partijen gezamenlijk welke aanvullende zaken per wijk nodig zijn om deze afspraak in de praktijk uit te kunnen voeren.

Binnen de Wmo en Jeugdzorg vragen we de buurtteams om in te zetten op een goede samenwerking met aanvullende zorg en sociale basis, specifiek als het gaat om het in gezamenlijkheid bepalen wie welk deel van een ondersteuningsvraag kan verzorgen, met als uitgangspunt de beweging naar voren. Samen met betreffende partijen willen we komen tot een passende werkwijze qua start en evaluatie van de ondersteuning.

Lijn 1 (partnerschap en rekenschap) en versterken uitvoeringspraktijk (lijn 2)

Afbakenen van reikwijdte van respectievelijk de sporen sociale basis, basiszorg en aanvullende zorg en sturing op het hanteren hiervan. Dit wordt uitgewerkt in onder andere de contracten van de Uitvraag Sociale basis en basiszorg, en waar mogelijk al in de contracten van aanvullende zorg.

In 2024 zijn meerjarige overeenkomsten gesloten met het Buurtteam Sociaal, Buurtteam Jeugd & Gezin en SportUtrecht. Deze gaan in per 1 januari 2025. Het jaar 2025 wordt gebruikt als een overgangsjaar voor implementatie van deze nieuwe overeenkomsten. We bereiden ons hierbij voor op een mogelijke verschuiving van budget van de aanvullende zorg naar de sociale basis. Zie ook hetgeen hierover is opgenomen in de hervorming over sturen op versterking vraagverheldering.

In het jeugddomein is samen met partners uit de basiszorg en pedagogische basis een verkenning uitgevoerd naar de kansen van een andere omgang met enkelvoudige opvoed- en opgroeivragen die nu bij het buurtteam terecht komen. Op basis daarvan zijn we voornemens een pilot te starten naar de impact van een daadwerkelijke andere organisatie hiervan: wat vraagt het van partners in de pedagogische basis, wat biedt het ouders en jeugdigen en wat levert het op bij het buurtteam?

Rond het jonge kind werken we aan een doorrekening en verwachten we op basis van de uitkomsten in het najaar/winter 2024 een aantal interventies in de praktijk te starten. Doel is om een beter zicht te krijgen op dat wat het vraagt aan inzet om jonge kinderen zo veel mogelijk op hun eigen plek (in de wijk) op te vangen in plaats van te plaatsen in dagbehandeling.

Lijn 1 (partnerschap en rekenschap) en versterken uitvoeringspraktijk (lijn 2)

Inrichten en waarborgen sturing door:

  1. Contracten die sterkere sturing mogelijk maken, stedelijk en in wijken en buurten. Dit geldt voor de contracten voor onderdelen van Sociale basis en basiszorg, jaarlijkse addenda (Jeugd) en voor de aanvullende zorg Wmo.
  2. Hervormingen verwerken in verordeningen, beleidsregels en nadere regels.
  3. Inrichten contractmanagement en overstijgend, sociaal domein-breed accounthouderschap.
  4. Versterken datagedreven werken.
  5. Toezicht
  1. De contracten met beide buurtteams en SportUtrecht zijn gesloten. Deze overeenkomsten bieden een goede basis voor het versterken van het opdrachtgeverschap van de gemeente. Implementatie van de overeenkomsten vindt plaats middels een jaarlijkse kaderbrief vanuit de gemeente, op basis waarvan de partners een jaarplan aan de gemeente voorleggen. Na vaststelling van het jaarplan sturen we samen met de partners op het realiseren hiervan. Met U Centraal werken we aan het sluiten van een meerjarige overeenkomst voor de onderdelen sociaal raadslieden en hulp bij financiën door vrijwilligers. We werken momenteel aan de meerjarige aanbesteding van de overige onderdelen uit deze nota van uitgangspunten (versterken gemeenschapskracht in de wijk en meedoen en informatievoorziening en onafhankelijke cliëntondersteuning). Verder is het totale budget dat voor 2023 aan de zorgaanbieders van hulp bij het huishouden via zorg in natura verleend is, bij de definitieve vaststelling in het voorjaar van 2024 lager uitgevallen. Een deel van de budgetten is lager vastgesteld omdat de betreffende aanbieders door personeelstekort de wachtlijsten onvoldoende hebben kunnen afbouwen. Daarnaast is het beroep op hulp bij het huishouden in brede zin in 2023 lager uitgevallen dan wij verwachtten. Naar aanleiding hiervan zijn ook concretere spelregels opgesteld voor het de finitief vaststellen van de vierkanten, zowel bij over- als onderrealisatie. In het verlengde daarvan hebben we samen met de zorgaanbieders strakkere afspraken gemaakt voor het verlenen van het vierkant, het volgen van ontwikkelingen op het vierkant bij de tertaalgesprekken, het eventueel tussentijds bijstellen en het definitief vaststellen van het vierkant. Deze afspraken vormen een goede basis voor de afspraken met alle aanbieders van aanvullende zorg. Verder zijn we bezig met het verlengen van de contracten in de aanvullende zorg Wmo voor de periode 2025-2026 (zie deze link voor de huidige contractpartners per zorgvorm). Binnen deze verlengingen zetten we samen met onze partners in op hervormingen binnen de kaders uit voornoemde Wmo beleidsnota. Afspraken hierover dienen echter te passen binnen de kaders van de huidige aanbesteding en contractering en zijn alleen mogelijk in overeenstemming met de betreffende zorgorganisaties. We voorzien dat op termijn grotere aanpassingen nodig zijn om de hervormingen in de Wmo goed te laten landen. Daarom zijn we voornemens om de laatste verlengingsoptie van de huidige overeenkomsten aanvullende zorg Wmo voor de periode 2027-2028 niet te benutten en te starten met de voorbereidingen voor een nieuwe marktuitvraag. Beoogde ingang van de nieuwe overeenkomsten is vooralsnog 1 januari 2027. Dit betreft in ieder geval de overeenkomsten voor de gemeentetaken en na afstemming met de regio mogelijk ook de overeenkomsten voor de centrumgemeentetaken. Zie hier een overzicht van alle huidige contractpartners aanvullende zorg Wmo. We starten eind 2024 met de voorbereidingen voor de marktuitvraag en informeren de raad over de uitgangspunten in het tweede kwartaal van 2025.
  2. We bereiden de herziening van subsidieregelingen in de sociale basis per 2026/2027 voor (in samenhang met elkaar en de reeds gesloten overeenkomsten basiszorg). Zie ook onder de hervorming ‘Beoordelen huidige subsidies’.
  3. Intern contractmanagement is versterkt door het aantrekken van twee contractmanagers. Ook het accounthouderschap wordt versterkt door standaardisering van werkprocessen, verbeteren van werkwijze bij sociaal domein-brede accounts en een leren & ontwikkelen traject voor accounthouders gericht op het versterken van ons opdrachtgeverschap.
  4. We investeren op verschillende manieren in datagedreven werken, o.a. door het verbeteren van de informatieketen (van registratieafspraken tot ontsluiting via dashboards), het vernieuwen van de dashboards voor de contractmanagers en accounthouders passend bij de afspraken over (stelsel)indicatoren en door het combineren van data om de voorspellingswaarde te vergroten. Deze investeringen kennen grote afhankelijkheden, van interne systemen tot externe vastlegging. Dat betekent dat er wel voortgang wordt geboekt, maar dat er een lange termijn aan realisatie van alle ambities is verbonden.
  5. We werken aan een uitvoeringsprogramma toezicht. We hebben u hierover tevens geïnformeerd in de raadsbrief Diverse onderwerpen Zorg & Welzijn en Maatschappelijke Opvang en Beschermd Wonen van 31 mei 2024. We verwachten het uitvoeringsprogramma in Q4 met uw raad te kunnen delen.

Tevens wordt de regeling tegemoetkoming zorgkosten na 2024 niet gecontinueerd in verband met de beperkte mogelijkheid tot monitoring en sturen, waardoor onduidelijk was of de middelen terecht kwamen bij die inwoners die dat het meeste nodig hebben (onderdeel van het raadsbesluit Beleidsnota Financiële Bestaanszekerheid 'Gelijke kansen voor een zeker bestaan' 2024-2028 ).

Lijn 1 (partnerschap en rekenschap) en versterken uitvoeringspraktijk (lijn 2)

Maatschappelijke dialoog

Een eerste schets voor een aanpak is in juli met een aantal commissie- en raadsleden besproken (n.a.v. commissie JWCS van 20 juni 2024). Afgesproken is de komende periode een nader uitgewerkt plan van aanpak te maken en te spiegelen met de betrokken commissie- en raadsleden. Insteek is o.a. om zoveel mogelijk aan te sluiten op al lopende trajecten, de gewenste beweging naar een zorgzame samenleving te vermenselijken en waar nodig het organiseren van op concrete onderwerpen toegespitste gesprekstafels/-momenten. De afgelopen periode is deels reeds invulling gegeven aan de maatschappelijke dialoog (zoals participatiebijeenkomsten in het kader van beleidsnota’s en de ontwikkeldagen in het kader van de uitvraag onderdelen sociale basis en basiszorg). Tevens wordt doorlopend uitvoering gegeven aan Motie 225 Zoekoplossingen met Utrechtse samenleving door de samenleving te betrekken bij de al lopende trajecten. De opgehaalde inzichten worden meegenomen in relevante vervolgtrajecten, zoals de herziening van een aantal subsidieregelingen (zie hiervoor ook de hervorming beoordelen huidige subsidies). De komende periode verkennen we ook de mogelijkheden voor een burgerberaad over het onderwerp ‘zorg en ondersteuning’.

Samen met inwoners en cliëntvertegenwoordigers (lijn 1) en brede maatschappelijke dialoog (lijn 2)

Sturen op groepsgericht werken, waarbij partners uit de verschillende sporen zo effectief en efficiënt mogelijk samenwerken.

Voor de basiszorg en een deel van de sociale basis is dit vastgelegd in meerjarige overeenkomsten per 1 januari 2025 (Wmo en Jeugdzorg). Binnen de Wmo wordt onder ander via het programma Thuis in je wijk ingezet op meer groepsgericht en collectief werken waarbij gelijkwaardige en flexibele samenwerking tussen de verschillende sporen centraal staat. In het jeugddomein is in samenwerking met de jeugdgezondheidszorg, JoU, Dock, buurtteams jeugd en gezin en KOOS en Spoor030 de afspraak gemaakt om collectieve vormen van hulp en ondersteuning uit te breiden en kansen te benutten voor verbreding (met bijvoorbeeld samenwerkingen rondom sport en onderwijs). Op verschillende thema's, zoals mentale gezondheid jongeren, is de norm dat jongeren geholpen worden met een collectieve vorm (‘tenzij’), zoals de BuKoJoU-groep.

Ongelijk investeren (lijn 2)

Inzet op grondoorzaken van problemen in plaats van het bieden van zorg/ondersteuning vanuit Jeugdwet en Wmo:

  1. Problematiek vanaf het begin oppakken vanuit het meest passende wettelijke kader (Jeugdwet, Wmo, Wlz, Zvw, Participatiewet). Waar mogelijk inzet op ontschotting.
  2. M.b.v. datagedreven werken meer inzetten op een passende woonplek/huisvesting voor kwetsbare doelgroepen om doorstroom op woon/zorgplekken Jeugdwet/Wmo te realiseren; meer inzetten op financiële bestaanszekerheid van inwoners dan zorg.
  3. Kansen en risico’s vanuit landelijke akkoorden (waaronder IZA) benutten/beheersen
  1. Vanuit het jeugddomein wordt ten aanzien van de ‘grijze gebieden’ tussen opdrachten en wettelijke kaders gewerkt aan meer scherpte en eenduidigheid door op basis van casuïstiek gezamenlijk handreikingen te formuleren en werkafspraken te maken, met als doel dat problematiek op de meest passende plek wordt opgepakt. Dit kan binnen het domein van de Jeugdwet zijn (tussen de sporen) maar ook binnen belendende domeinen zoals de Wmo, Wlz en passend onderwijs. Ook binnen de Wmo is dit een aandachtspunt. Voor de zorgvorm dagbegeleiding wordt bijvoorbeeld samen met aanbieders, begeleidende professionals zoals buurtteam, onafhankelijke cliëntondersteuners en casemanagers dementie gewerkt aan een werkproces qua stappen richting Wlz en wat daarin van wie verwacht kan worden. Ook verblijven er een aantal mensen binnen de Maatschappelijke Opvang met een WLZ indicatie. We (blijven) erop sturen dat mensen in een passende woonvorm én daarmee middels de juiste financieringsvorm worden bekostigd. Ook zijn we met het zorgkantoor in gesprek hierover.
  2. Relevante indicatoren zijn samengesteld in een concept monitoringsoverzicht. Parallel wordt gestuurd op het inbrengen van de relevante data, zowel binnen de gemeente als door maatschappelijke partners, in de systemen om op die manier te werken aan steeds betere sturingsinformatie.
  3. De hervormingsopgaven worden nog steviger verbonden met de IZA-opgaven en we richten de besteding van SPUK IZA op inzet die de doelen zowel in IZA als hervormingen dienen. We voeren landelijk het gesprek over de voorwaarden waaronder gemeenten in IZA hun rol kunnen spelen.

Wegnemen grondoorzaken (lijn 2)

Scherper omgaan met de verantwoordelijkheden van de gemeente Utrecht in relatie tot regiogemeenten, bijvoorbeeld inzet MBO-teams

Met betrekking tot de MBO teams hebben we de regio bereid gevonden om de zorg voor studenten van buiten de stad te financieren. Voor de toekomst zetten we in op dekking vanuit het Regionaal Programma met als startdatum 1-8-2025. Verder wordt samen met de regio gewerkt aan een beleidsnota dakloosheid, waarin o.a. sterk wordt ingezet op lokale preventieve maatregelen rondom wonen en bestaanszekerheid. Uitgangspunt is lokaal wat lokaal kan en regionaal wat meerwaarde heeft.

Inzet op 100% compensatie op extra Utrechtse inzet (amendement 52) en Utrechtse basis behouden (lijn 2)

Ongelijk investeren voor gelijke kansen verwerken in opdrachten en nadere regels sociale basis

Dit nemen we mee bij de herziening van de subsidies in de sociale basis. Zie voor meer informatie de hervorming hieronder (beoordelen huidige subsidies).

Ongelijk investeren voor gelijke kansen (lijn 2)

Beoordelen huidige subsidies door de ‘bril’ van houdbaarheid, sturing en vijf inhoudelijke uitgangspunten.

We gaan een deel van de subsidies in de sociale basis herzien (denk aan de subsidies voor Jongerenwerk, Vrijwillige Inzet voor Elkaar, Mantelzorg, Sociale Prestatie en Dagondersteuning). We willen die regelingen in samenhang bekijken: met elkaar; met de basiszorg en aanvullende zorg en met aanpalende regelingen zoals het Initiatievenfonds. Zodat we ondersteuning vanuit de verschillende sporen in samenhang met elkaar organiseren. Hiervoor zullen we keuzes maken op aangescherpte inhoud (voorkomen van zorg, ontdubbelen en vereenvoudigen) en we zullen overwegen welk instrument het meest passend is: mogelijk dat een deel van de subsidies in de toekomst vervangen wordt door een overheidsopdracht.

Simpeler organiseren (lijn 2)

Nieuw sinds raadsbrief hervormingen sociaal domein van mei 2024

Hervorming

Stand van zaken

Lijn / Uitgangspunten

Prioriteren, richten en investeren in gemeenschapskracht, informatievoorziening, vrijwilligers, bewonersinitiatieven

Dit nemen we mee bij de herziening van de subsidies in de sociale basis. Zie voor meer informatie de hervorming ‘beoordelen huidige subsidies’.

Versterken uitvoeringspraktijk (lijn 2)

Vereenvoudigen van de toegang Wmo

In samenhang met de nieuwe contractering van de aanvullende zorg Wmo en de herziening van subsidieregelingen in de sociale basis, wordt ook gekeken naar een vereenvoudiging van de toegang tot of ontsluiting van de verschillende Wmo voorzieningen. Dit doen we in lijn met de Wmo beleidsnota Samen leven, Samen zorgen.

Simpeler organiseren (lijn 2)

Samen optrekken met G4 in contacten met het rijk over Landelijke Hervormingsagenda Jeugd, de effecten van IZA als de druk op Wmo toeneemt ten gunste van Wlz en Zvw.

We zijn continu in gesprek met de VNG en het Rijk over de uitvoering en monitoring van de Hervormingsagenda Jeugd en trekken daarbij zoveel mogelijk op in G4-verband. Ook voor het IZA werken we met de G4 en de VNG samen om de effecten van het IZA op het gemeentelijk domein in beeld te brengen en voeren we in het bestuurlijk overleg IZA hierover het gesprek met de IZA-partijen.

Inzet op 100% compensatie op extra Utrechtse inzet (amendement 52) en Utrechtse basis behouden (lijn 2)

Deze pagina is gebouwd op 09/12/2024 12:35:45 met de export van 09/12/2024 12:25:50